Elly van der Sanden over ‘Willem die Madoc maakte’ van Nico Dros

“Willem die Madock maecte
Daer hi dicken omme waecte’’

Nee, ook wanneer je dit boek gelezen hebt, weet je nog steeds niet wie die Willem was, die in de anonieme versie van het verhaal Van den vos Reynaerde Madock maakte, zozeer dat hij er ’s nachts van wakker lag, maar aan het brein van de auteur Nico Dros is wel een andere Madoc ontsproten die je ook nu nog als je niet oppast ’s nachts wakker houdt. Alleen de omslag van het boek al is prachtig en een uitnodiging dit boek te lezen, en zoals gezegd het blijft niet bij de stofomslag. Het verhaal boeit van kaft tot kaft.


Het verhaal valt in 3 delen uit elkaar en wordt afgewisseld door korte of wat langere uiteenzettingen van de auteur die niet toevallig ook Willem heet. Je zou het een raamvertelling kunnen noemen.
Willem de Reuvere heeft zich ziek gemeld omdat er wat problemen ontstaan zijn rond zijn leerstoel. In deze periode worden hem wat middeleeuwse manuscripten aangeboden, waarvan hij meteen het belang inziet. Bij toeval komt hij er achter dat in de omslag waarin de manuscripten opgeborgen zitten een geheim vak zit. Heel voorzichtig haalt hij daar enkele perkamentvellen uit. Ze zijn van de hand van een zekere Willem. Een deel van de tekst die hij vindt is min of meer gecodeerd en prikkelt hem bijzonder. In plaats van door te gaan met de overige manuscripten gaat hij door met de gecodeerde vellen. Aangezien hij de tekens en afkortingen niet kan plaatsen besluit hij er dan zelf dan maar een verhaal van te maken.

We schrijven 1196 wanneer in Brugge voor de kust een schip met man en muis is vergaan. Edoch op de rug van een bruinvis spoelt een kind aan. Het kind – een jongen die ze Beda noemen – wordt opgenomen in de abdij van Sint Odulphus en groeit daarop. Hoewel zijn afkomst niet bekend is, is hij mogelijk een Welsh koningskind. Het is bepalend voor zijn verdere leven dat hij, eenmaal wat groter bij de bibliotheek van het klooster te werk wordt gesteld. Zijn interesse voor literatuur en filosofie is geboren, de religie hem met de paplepel ingegeven spreekt hem in het geheel niet aan. Angst, geloof en vooral bijgeloof waarvan de middeleeuwen doordrenkt zijn, hebben geen vat op hem; hij prikt er doorheen.  Door een aantal gebeurtenissen ziet hij zich genoodzaakt het klooster te verlaten; de reden van deze gedwongen aftocht krijgt later nog een aardig staartje. Hij verblijft dan geruime tijd in Brussel maar komt uiteindelijk terecht bij de graaf van Mourille. Omdat er wellicht na zijn haastig vertrek naar hem gezocht wordt, verandert hij zijn naam in Madoc. Hoewel het leven hem daar in grote lijnen niet onaangenaam is en hij het met de graaf en ook diens vrouw goed kan vinden, is dat uiteindelijk toch niet wat hij zoekt in het leven. Ook hier is zijn aftocht min of meer gedwongen en achtervolgt zijn verleden hem weer. Hij verblijft enige tijd in Parijs en noemt zich nu Willem, maar komt na wat omzwervingen terecht in Gent waar hij uiteindelijk poorter van de stad wordt. Hij leeft enige tijd samen met Wijchje maar zij kiest er op enig moment voor haar eigen weg te gaan en verder te leven als begijn onder de naam Hadewijch. Hij kan zich hier eindelijk uitleven in datgene waar zijn hart ligt: de literatuur. Hij schrijft voor zijn genoegen wat verhalen. Dit komt hem uiteindelijk duur te staan. Wanneer de Inquisitie in de stad ten tonele verschijnt en zijn geschriften vindt en als zijn verleden hem uiteindelijk heeft ingehaald komt het tot een proces, beter gezegd een dubbel proces want de Bruggenaren zijn verbolgen dat zij hem niet kunnen bestraffen voor de misdaden waarvan ze denken dat hij die begaan heeft. Omdat hij poorter is lukt het de Gentse poorters die recht van spreken hebben, hem voor het Gentse deel vrij te spreken maar zijn Brugse verleden kleeft hem aan. Hij wordt veroordeeld tot de dodenkluis. Medepoorters weten hem hier met kunst- en vliegwerk uit te bevrijden maar hij kan in Gent niet blijven. Bij nacht en ontij wordt hij naar Aken gebracht, waar hij weer een onder een andere naam verder moet gaan: Reynaerde. Een open einde dus met mogelijkheden te over om verder te gaan

Hoewel Van den Vos Reynaerde nooit ver weg is, speelt het geen rol van betekenis in het verhaal. Het boek is in de verhalende vorm geschreven en is niet beschouwend. De sfeer van de middeleeuwen wordt goed weergegeven voor zover het verhaal daar om vraagt. Nico Dros is er in geslaagd de tijdgeest van de middeleeuwen zeer goed gestalte te geven; het is gemakkelijk je in te leven in het verhaal. Het leest bijzonder prettig en het is boeiend beschreven.

Een boek dat zeker de Akoprijs van 2022 waardig is.

Elly van der Sanden

Willem Dros
Willem die Madoc maakte
Uitgeverij van Oorschot
Hardcover, € 27,50
Bestellen